Het schijnt er een paar graden kouder te zijn dan in de rest van Nederland. Op de klei. Het geeft niets, de rest van Nederland is gelukkig ver weg. De wegen zijn in deze tijd modderig. Een mooi Frans bord met de voor de doorgaans argeloze Nederlandse toerist met het woord BOU! zou niet misstaan.
Er zijn mooie mensen te vinden. Simpel, zonder negatieve lading. Genieten van het leven. Ik vond er ooit een gelijkgestemde ziel. Sporter, veel meer dan ik. Nu in november bindt hij ijzers onder. Ik gebruik ijzer om uien te schillen, niet om te schaatsen, wekelijks. Maar fietsen, ATB of wielrennen is onze passie. En klassiek vervoer. In de kassen van de kwekerij van zijn vader, ook al een overeenkomst, restaureert hij zoals niemand dat kan. Met geduld, passie. En een beetje tegendraads. Een oom van hem kan aardig schilderen. Zelfde dorp. Zijn vader bezoekt dagelijks de uitgerangeerde kwekerij Nimmer Dor. Hobbyboer. En verbouwt druiven aan oude stokken (1927) terwijl zijn zoon een paar meter verderop aan een Lancia Eta werkt (1913). Of aan een BSA, Facel Vega of Delahaye.
Bekleden is eigenlijk kijken hoe het zat en hoe men het deed. En dan een manier vinden om het weer net zo te doen. Het is ongelofelijk hoe snel kennis een continent kan verlaten. Rond Parijs zaten in het interbellum fantastische couturiers, op autogebied. Al die vaardigheden beklijven anno 2012 nog slechts bij enkele gepassioneerde liefhebbers. Plaatwerk, leer, wol, paardenhaar in zittingen, natuurrubber onderaan het voorportier. Zo maar een verslag van een middagje Westeremden. Lancia, Aston Martin, Delahaye, Bugatti, BSA (automobiel, niet motorrijwiel), de lijst is te lang en gaat meer en meer naar echte vintage automobielen. Maar voor een Saabstoel wordt ook ruimte gemaakt, of een extra armsteun in de nieuwe Deutz van de buurman.
Vervolgens kom je achter een enorm fijn netwerk. Een boer in Stedum met een Bugatti, een houtschilder uit Garmerwolde. Maak niet de fout deze Belgische dame voor schilder uit te maken, ze 'hout', ze verft niet op hout. Bijvoorbeeld aan de Delahaye die in 1950 op de Salon de Paris stond, die nu op de klei staat ter vervolmaking. Het mooie is, het is allemaal zo gewoon gebleven. Terwijl het zo uniek is. Zo niet opgeklopt, maar gewoon zoals het is. De boer ploegt voort, de buurman. Zware klei. Met GPS. Niet om weer naar huis te kunnen komen, maar om de pootaardappelen recht te poten. Scheelt turen, naar de horizon, alom aanwezig. Ontlasting van de arbeid. Niet om meer pootaardappelen te kweken, dat is een welkome bijvangst. Dat dan weer wel. Als je de mensen hier ontmoet, ontmoet je echte mensen. En het worden bijna meteen vrienden. Niet omdat ze afgezonderd zijn van Nederland, want dat zijn ze niet. Maar wel uitzonderlijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten